Historici.nl





Gepubliceerd op 12-12-2023

Verslag – Prijsuitreiking Professor van Winterprijs 2023: ‘een boek om je vingers bij af te likken’

Suzanne Kleiman bezocht de prijsuitreiking van de Professor van Winterprijs 2023 en deed verslag. De Professor van Winterprijs is een prijs die elke twee jaar wordt uitgereikt aan de beste publicatie op het gebied van lokale en regionale geschiedenis in Nederland. Dit jaar ging het om publicaties die verschenen zijn tussen 2021 en 2022.

Wie regelmatig over de Amsteldijk in Amstelveen rijdt, kan zich misschien wel een groot, wit en statig landhuis voor de geest halen. Rustend aan de Amstel wordt dit landhuis van het water beschermd door een hoog hek en een oprit die steil naar beneden gaat. Mocht je ooit in de gelegenheid zijn het landhuis een bezoekje te geven – dan is dit zeker aan te raden. De beheerder, Søren Ludvig Movig, zal je dan vertellen dat het geen landhuis is maar een buitenplaats. En die zijn absoluut niet met elkaar te verwarren.

Buitenplaats Wester-Amstel in Amstelveen (foto van Thijs van der Veen).

Maar wat is dan een buitenplaats? Volgens de definitie van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed bestaat een buitenplaats uit een huis met bijgebouwen en een daaromheen aangelegde tuin- of park die onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden.[1]

In dit verslag besteed ik bijzondere aandacht aan dit onderwerp, omdat er op vrijdag 24 november 2023 een prijs is uitgereikt voor een proefschrift over buitenplaatsen. Landschapshistoricus- en architect Gerrit van Oosterom won de Professor van Winterprijs 2023. In 2022 bracht hij zijn boek, Boeren op de buitenplaats, uit. Dit is zijn proefschrift dat hij geschreven heeft naar aanleiding van zijn afstudeeronderzoek.

Het programma

De dag van de uitreiking begon met een ontvangst in buitenplaats Wester-Amstel door beheerder Søren Ludvig Movig. Hij stelde zichzelf voor als de rentmeester van de buitenplaats en voorzag ons van een korte geschiedenis van de locatie – de buitenplaats Wester-Amstel gesticht in 1662. Hij vertelde met gepaste trots dat zijn voorouders in 1900 de buitenplaats kochten waarin we ons die middag bevonden. Hierna kwam de 96-jarige em. prof. dr. M. van Winter (Marietje) aan het woord – een ware legende binnen de Universiteit Utrecht. Zij is de dochter van Professor van Winter, naar wie de prijs is vernoemd.

Nadat Marietje van Winter iets verteld had over de totstandkoming van de prijs, sprak ze ook een inspirerende wens uit. Ze benadrukte dat lokale en regionale geschiedenis nog steeds een marginale plek hebben op de universiteiten en ze hoopt dat er via de Professor van Winterprijs meer aandacht komt voor onderzoeken,  zoals die van Gerrit van Oosterom.

Op het programma stonden ook drie kleine lezingen. Jeroen Zomer vertelde over de waarborging van cultureel erfgoed op rijksniveau. Zelf is hij specialist landschapsgeschiedenis bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Hij stelde dat boeren en buitenplaatsen geen onderwerp zijn in monumentomschrijvingen en dat er vooral aandacht is voor de architectuur. Er is dus ruimte voor verbetering. De tweede lezing werd gehouden door historisch geograaf Elyze Storms-Smeets. Zij stelde dat buitenplaatsen niet alleen mooi en statig waren. Ze hadden ook een daadwerkelijke functie. Er werd gewoond, gewerkt en gerecreëerd. De lezingenreeks werd afgesloten door een toespraak van dr. Joyce Sylvester, dijkgraaf van Amstel Gooi en Vecht. Op een wat ceremoniële manier riep ze onderzoekers op om de stoute schoenen aan te trekken en bij kleine overheden aan te kloppen. Ze benadrukte hoe belangrijk het is dat academici hun onderzoeken niet laten verstoffen op de plank, maar ervoor zorgen dat hun bevindingen worden opgepikt door gemeenten.

Gerrit van Oosterom neemt de Professor van Winterprijs in ontvangst van Hanno Brand (foto van Thijs van der Veen).

Na veel geluisterd te hebben naar lezingen en wat vreedzame discussies, was het woord eindelijk aan de winnaar, Gerrit van Oosterom. Hij vertelde over zijn fascinatie met de ‘buitenplaatscultuur’ en beschouwde de buitenplaats ook wel als een ‘woontheater’. Onvermijdelijk ging het toch nog even over de BBB en het ‘boerenverstand’.

Interview

Aan het begin van de afsluitende borrel was er gelukkig nog tijd om wat vragen aan Gerrit te stellen. In tegenstelling tot de oude paardenstal waar de rest bleef napraten, mochten wij van de rentmeester ons verplaatsen naar een chique kamer aan de andere kant van het huis. Nadat we aan tafel waren geschoven, gingen we snel over tot de vragen. Er was immers weinig tijd. ‘Hoe bent u in aanraking gekomen met dit onderwerp?’, vroeg ik aan Gerrit . ‘Ik ben zelf op een boerderij geboren. Ik had een vriendje dat op een kasteel in Harmelen woonde – een oude buitenplaats. Ik zat een beetje tussen die twee werelden. Mijn ouders waren gewoon boer, en zijn ouders waren geloof ik tandarts of zoiets. Dat was een heel ander soort gezin en dat was heel leuk omdat je die twee werelden die dat vertegenwoordigen leert kennen. Daar komt misschien de fascinatie voor het onderwerp vandaan.’

Ik vervolgde ons gesprek: ‘wat bent u tegengekomen tijdens uw onderzoek?’. ‘Die boerderijen werden aangehouden terwijl altijd een beetje het idee was dat die boerderij een soort opstapje was en zo gauw het kon werd die afgebroken of verkocht en dan bleef alleen dat buitenhuis over. Dat is dus niet zo’, zei Gerrit. ‘Die boerderij hoorde erbij en dat bleef eigenlijk tot het moment dat die boerderij werd afgebroken. Het tweede inzicht heeft te maken met waarom ze dan aangehouden werden. Het ging erom dat die boerderij aangehouden werd omdat je daarmee de eigenaar van het land was en daarmee kon je voorkomen dat er op dat land, naast jouw land, tegenover jouw buitenplaats dingen gingen gebeuren waar je gewoon niet op zat te wachten. Tegenwoordig is dat met beleid allemaal beschermd en geregeld. Maar vroeger was de enige manier om dat te voorkomen, te zorgen dat je het in eigendom had. Dus dan kon die boerderij wel verlies opleveren qua pacht, maar was het toch heel waardevol voor je omdat het daarmee je uitzicht beschermde.’

Tot slot vroeg ik aan Gerrit wat hij verder met dit onderwerp wil gaan doen. “Ik ben zelf bezig met een onderzoek naar de afbraak van buitenplaatsen. Dat is ook zo’n fenomeen – net als die boerderijen – waar eigenlijk niemand onderzoek heeft naar gedaan. De bouw, de opkomst en de hoogtijdagen, dat vinden we allemaal heel sexy en interessant. Maar dat het eigenlijk ook gewoon een keer ophoudt en verdwijnt, daar is erg weinig aandacht voor. Terwijl dat in mijn beleving net zo interessant is als de bouwperiode.”

De jury

‘Met al deze bevindingen is dit boek één groot narratief om je vingers bij af te likken’, concludeerde juryvoorzitter Hanno Brand in het rapport. Hij somde de bevindingen van de jury op en feliciteerde Gerrit met ‘dit in alle zeer rijke boek waar je beslist de boer mee op kunt.’ Het was een bijzondere middag om te mogen bijwonen en het biedt een mooi vooruitzicht op de uitreiking van 2025.

Suzanne Kleiman heeft dit jaar haar bachelor Geschiedenis aan de UU afgerond en is momenteel stagiaire Communicatie KNHG en webredactie Historici.nl. 

Voetnoot
[1] https://www.cultureelerfgoed.nl/onderwerpen/kastelen-en-buitenplaatsen/buitenplaatsen
Historici.nl
Het KNHG is de grootste organisatie van professionele historici in Nederland. Het biedt een platform aan de ruim 1100 leden en aan de historische gemeenschap als geheel. Word lid van het KNHG.
Historici.nl
Het Huygens Instituut beoogt de Nederlandse geschiedenis en cultuur inclusiever maken. Het ontsluit historische bronnen en literaire teksten en ontwikkelt innovatieve methoden, tools en duurzame digitale infrastructuur.