Historici.nl





Gepubliceerd op 20-01-2025

Dossier REPUBLIC: Burgers in de vergadering van de Staten-Generaal

De resoluties van de Staten-Generaal vormen de weerslag van het politieke wel en wee van de Republiek der Verenigde Nederlanden. Nadat de Republiek was gevallen voor de troepen van het revolutionaire Frankrijk werd in de resoluties ook de overgang naar het nieuwe regime van de Bataafse republiek geboekstaafd in dezelfde feitelijke stijl als de andere resoluties. De overgang werd gesymboliseerd door de overgang van heren naar burgers als gedeputeerden. De heren hadden de eed afgelegd op wat de ‘oude constitutie’ werd genoemd, de burgers op de nieuwe constitutie.

Op 28 januari 1795 waren Jacob George Hieronymus Hahn, Willem Anne Lestevenon en Gozewijn Jan Lonck als gedeputeerden van het gewest Holland de eersten in de presentielijsten van de resoluties van de Staten-Generaal van de zeven verenigde Nederlanden die als burgers werden opgevoerd en niet als heren. Zij vervingen de oude vertegenwoordigers van het gewest, en werden in de eerste vier resoluties van die dag aangesteld zoals vele gedeputeerden voor hen met de woorden “bij haar Hoog Mog[enden] verklaart zijnde, dat gemelde Burger X haar aangenaam was, is den zelven verwelkomt”.[1] Als voordien burgers werden vermeld in de resoluties was de aanduiding altijd bedoeld om de status van de indiener van het verzoek of de brief aan te geven. Heer was de gebruikelijke aanduiding voor alle mannelijke personen en de Hoog Mogende Heren. De gedeputeerden van de gewesten die zitting hadden in de vergadering waren vanaf de eerste dag altijd aangeduid als Heren. Dat veranderde vanaf 1795, toen de Republiek door de Franse revolutionaire troepen werd veroverd. Alle gedeputeerden waren voortaan burgers, ondanks hun positie en ongeacht hun rang.

Natuurlijk kwam deze noviteit niet uit de lucht vallen. Alle stukken van de Bataafse Provisioneele Representanten van het Volk van Holland die in plaats waren gekomen van de Staten van Holland begonnen met ‘het eerste jaar der Bataafsche Vryheid’.[2] Onverlet haar bij herhaling uitgesproken wens tot vrede, was de Republiek in de revolutionaire oorlogen van de Fransen verwikkeld geraakt, en uiteindelijk bezweken onder de militaire druk. De Nederlandse stellingen waren in het najaar van 1794 stuk voor stuk gevallen en stadhouder Willem V was op 18 januari 1795 naar Engeland gevlucht.[3] De volgende dag, toen de Franse troepen samen met patriottische Nederlandse revolutionairen Amsterdam binnentrokken, was de Franse bezetting definitief. Dit was het einde van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden en de oprichting van de Bataafse Republiek, waar iedereen burger was.

Presentielijst van 4 februari 1795 met gemengde heren en burgers als gedeputeerden. NL-HaNA-1.01.02 inv.nr. 3862 – scan 0259

Spoedig na Holland stuurden andere gewesten ook burgers als gedeputeerden naar de Staten-Generaal. Op 2 februari werd burger Paulus Hubert Adriaan Jan Strick van Linschooten namens Utrecht geïnaugureerd.[4] Twee dagen later volgde Gelderland, toen de heren, oftewel de voormalige gedeputeerden van die provincie, uit de Vergadering vertrokken, waarna de nieuwe representanten Carel Hendrik van Grasveld, Cornelis Taay, Augustinus Geukama sessie namen. Zij werden op dat moment nog aangeduid als heren, hoogstwaarschijnlijk een vergissing, want in het vervolg werden ze steeds als burgers geadresseerd.[5] Overijssel volgde en stuurde op 11 februari drie gedeputeerden, maar handhaafde de reeds zittende patriottisch gezinde W.F. van Hemert, die in het vervolg ook burger was.[6] De Zeeuwse en Friese gedeputeerden aarzelden tot het laatst en wilden eerst overleggen met hun opdrachtgevers, de Staten van Zeeland en Friesland.[7] De Landschap Drenthe, die daarvoor geen afvaardiging had, berichtte een dag later dat de omwenteling was volbracht en de voormalige regenten waren ontslagen. ‘Voorts hadden twintig Kiezers, door het vergaderde Volk benoemd, voor den tijd van twee maanden twaalf Burgers verkooren tot provisioneele Representanten van het Volk van Drenthe’, berichtte ze.[8]

De overgang van heer naar burger was een overgang van de oude naar de nieuwe ‘constitutie’, van de oude naar de nieuwe Republiek. De Staten-Generaal waren zo tot 16 februari in een hybride situatie. Dit duurde Holland te lang en de Provisioneele Representanten schreven:

‘Laaten wij dan eenpaarig der waarheid hulde doen, niet alleen wij, wier bepaalde last van de vrije Volken van Gelderland, Holland , Utrecht en Overyssel daar toe strekken; maar ook gij, mijne Heeren, die van weegen Zeeland, Friesland en Stad en Lande U hier nog opdoet als Afgevaardigen van hun, die zig wanen de Souvereinen te zijn van de genoemde Gewesten. O van Citters, ô beiden de Van Borsselens en Van Brakell uit Zeeland; ô Schuylenburgh, Aylva en Rengers uit Friesland; wischt op heeden uwe voorige schande uit, verbrijzeld uwe ketenen, verheft u zelven tot Menschen, en laat toch deeze geleegenheid niet voorbij gaan, om nog eeuwig te leeven in het dankbaar hart der Nakomelingschap, stemt gereedelijk in de voorstellen, die wij gelast zijn u te doen.’[9]

Met deze resolutie werd aan de ambassadeurs van de vreemde mogendheden te kennen gegeven ‘dat haar Hoog Mogenden op heeden hebben erkend de oppermagt van het Volk van Neederland, aangenoomen de verklaaring van de Regten van den Mensch en Burger, vernietigt het Stadhouderschap, Capitein- Generaal en Admiraalschap van de Unie, en voor zoowel des noods een ieder ontslaagen van den Eed die op de zoogenaamde oude Constitutie of aan de Stadhouder Capitein en Admiraal Generaal, uit welken hoofde ook zoude mogen weezen gedaan.’[10] De gedeputeerden uit Friesland en Zeeland stemden toe op persoonlijke titel, onder voorbehoud van goedkeuring door hun principalen, dat wil zeggen Friesland en Zeeland.[11]

De overgang was daarmee rond, want de dag daarop, 17 februari, stonden alle leden van de vergadering van de Staten-Generaal aangekondigd als burgers, inclusief Willem van Citters, Willem Zelandus en Adriaan Jan van Borsselen en Philip Jacob van Brakell, François Pierre Guillaume van Schuylenburch, Hans Willem van Aylva en Lodewijk Rengers die voorheen nog heren waren.[12] In minder dan drie weken waren de Staten-Generaal overgegaan van heren naar burgers als afgevaardigden, van het oude naar het nieuwe regime. Op 20 februari werd dan ook ‘goedgevonden en verstaan, dat na de melding van het jaar der geboorte van Christus, zal worden bijgevoegt de volgende woorden het eerste jaar en zoo vervolgens der Bataafsche Vryheid, en dat ook boven de notulen der vergadering, de publicatien, de uitgaande missivens en verdere Stukken zal gesteld worden het volgende motto: Gelykheid, Vryheid, Broederschap’. De ‘ijdele naam van Hoog Mog[ende] Heeren’ kon helaas niet van de ene op de andere dag vervangen worden en moest in de praktijk maar slijten.[13]

 

[1] Nationaal Archief Den Haag, toegangsnummer 1.01.02, Archief van de Staten-Generaal, inventarisnummer 3862, scannummer 0240-0241, ordinaris resolutie van 28 januari 1795 nrs. 1 t/m 4, via webapplicatie Goetgevonden (https://app.goetgevonden.nl/detail/urn:republic:inv-3862-date-1795-01-28-session-27-resolution-1 t/m 4). Alle urls laatst geraadpleegd januari 2025.

[2] NL-HaNA, 1.01.02, inv. nr. 3862 – 0248, ord. res. 1795-01-30 nr.16 (https://app.goetgevonden.nl/detail/urn:republic:inv-3862-date-1795-01-30-session-29-resolution-165

[3] NL_HaNA-1.01.02 inv. nr. 3862 – 0228, ord. res.1795-01-18 nr. 3 (https://app.goetgevonden.nl/detail/urn:republic:inv-3862-date-1795-01-18-session-17-resolution-3

[4] NL_HaNA-1.01.02 inv. nr. 3862- 0253, ord.res.1795-02-02 nr.  1 (https://app.goetgevonden.nl/detail/urn:republic:inv-3862-date-1795-02-02-session-32-resolution-1

[5] NL_HaNA-1.01.02 inv. nr. 3862 – 0259, ord.res.1795-02-04 nr.  1  (https://app.goetgevonden.nl/detail/urn:republic:inv-3862-date-1795-02-04-session-34-resolution-1)

[6] NL_HaNA-1.01.02 inv. nr. 3862 – 0277, ord.res.1795-02-11, nr.1 (https://app.goetgevonden.nl/detail/urn:republic:inv-3862-date-1795-02-11-session-39-resolution-1)

[7] NL_HaNA-1.01.02 inv. nr. 3862 – 0293, ord.res.1795-02-16, nr.14 (https://app.goetgevonden.nl/detail/urn:republic:inv-3862-date-1795-02-16-session-42-resolution-14)

[8] NL_HaNA-1.01.02 inv. nr. 3862 – 0295, ord.res.1795-02-17, nr.1 (https://app.goetgevonden.nl/detail/urn:republic:inv-3862-date-1795-02-17-session-43-resolution-1)

[9] NL_HaNA-1.01.02 inv. nr. 3862 – 0292-0293, ord.res.1795-02-16, nr.14  (https://app.goetgevonden.nl/detail/urn:republic:inv-3862-date-1795-02-16-session-42-resolution-14)

[10] ibidem

[11] ibidem

[12] de presentielijst van vergadering van de Staten-Generaal van 17 februari 1795 NL-HaNA-1.01.02 inv. nr. 2862 – 0294 (niet apart in de Goetgevonden applicatie, maar zoek op resoluties van 17-02-1795)

[13] NL_HaNA-1.01.02 inv. nr. 3862 – 0312-0313, ord. res. 1795-02-20 nr. 10, (https://app.goetgevonden.nl/detail/urn:republic:inv-3862-date-1795-02-20-session-46-resolution-10) en zie de dagtekening boven de eerstvolgende vergadering NL_HaNA-1.01.02 inv. nr. 3862 – 0313 (boven https://app.goetgevonden.nl/detail/urn:republic:inv-3862-date-1795-02-23-session-47-resolution-1), cursivering toegevoegd


Rik Hoekstra is digitaal historicus bij Digital Humanities Lab (KNAW) en was technisch coördinator van het REPUBLIC project waarin de Goetgevonden applicatie werd gerealiseerd.
Alle artikelen van Rik Hoekstra
Historici.nl
Het KNHG is de grootste organisatie van professionele historici in Nederland. Het biedt een platform aan de ruim 1100 leden en aan de historische gemeenschap als geheel. Word lid van het KNHG.
Historici.nl
Het Huygens Instituut beoogt de Nederlandse geschiedenis en cultuur inclusiever maken. Het ontsluit historische bronnen en literaire teksten en ontwikkelt innovatieve methoden, tools en duurzame digitale infrastructuur.