Historici.nl





Gepubliceerd op 09-11-2021

Dossier Gender en Arbeid – Gehuwd in verf. De portretten van Ferdinand Bol en Elisabeth Dell

Het is 1653 en de schilder Ferdinand Bol (1616-1680) maakt portretten van zichzelf en van zijn kersverse vrouw Elisabeth Dell (1628-1660). Van de acht zelfportretten die van hem zijn overgeleverd, is dit het enige waarop hij zichzelf als schilder presenteert, én het enige waar een pendant bij hoort. Het is een bijzonder paar waarachter een spannend verhaal schuilgaat over hun huwelijk, samenwerking en de genderrollen van toen.

Zo zit Bol rechts van zijn vrouw, op de superieure plaats. Hij maakt oogcontact met de beschouwer, maar zijn vrouw kijkt naar hem. Dell zit heraldisch links van haar man, waarmee de schilder laat zien dat ze ondergeschikt aan hem was. Juridisch was dat ook zo. Als een vrouw in de zeventiende eeuw trouwde, dan kreeg haar man volledige zeggenschap over haar persoon, en over haar bezittingen en vermogen. Dat bleef zo tot in 1956, toen de wet handelingsonbekwaamheid voor gehuwde vrouwen werd afgeschaft. In de zeventiende eeuw werd wederzijdse liefde en respect weliswaar belangrijk geacht voor een geslaagd huwelijk, maar het huwelijk van Bol en Dell was zeker geen huwelijk van gelijken in de moderne zin.

Toch hangt Elisabeth erbij. Waarom eigenlijk? Ze wordt afgebeeld als een statusrijke, welvarende vrouw, en dat was ze ook. Haar ouders heetten Dell en Spiegel, en behoorden tot machtige, Amsterdamse families die tot de Admiraliteit en de regentenklasse behoorden. In de jaren na hun huwelijk ontving haar man zowel van het stadsbestuur als van de Admiraliteit belangrijke opdrachten. Hij schilderde portretten van Michiel de Ruyter voor de Admiraliteit, in veelvoud, en kamerhoge schilderijen voor het stadhuis, het huidige Paleis op de Dam. Hij verdiende er duizenden guldens aan. In 1653 zal Bol hebben geweten dat hij omhoog trouwde. Ze was een ware ‘catch’ voor deze zoon van een chirurg uit Dordrecht, die weliswaar al enkele goed betaalde opdrachten had binnengesleept, maar toch echt niet van dezelfde klasse was als zijn vrouw. Waarom ze in hem dan toch een huwelijkspartner zag, is onbekend. Misschien speelde liefde een rol, misschien kan het huwelijk beter verklaard worden door de opwaartse sociale mobiliteit die toen mogelijk was, zeker in de Admiraliteit.

Zij bracht hem dus status én opdrachten. In 1653 hoopte hij daar al op en heeft hij hun partnerschap daarom heel treffend geportretteerd: ze zijn samen, maar ook anders. Hij is afgebeeld als schilder. In zijn handen houdt hij een palet, penselen en naast hem ligt een schilderstok. Ook laat hij zien dat hij bij Rembrandt in de leer is geweest: het licht, de kleuren en zelfs de keuze voor het zelfportret in fantasiekleding verwijzen naar zijn topopleiding. Hij draagt historiserende kleding. De baret, mantel en het jasje met gouden mouwen werden destijds niet gedragen, maar plaatsen Bol in een lange traditie van belangrijke schilders die zichzelf in zulke fantasiekostuums schilderden. Het medaillon komt ook voor op zulke zelfportretten en verwijst naar de patronage die schilders in uitzonderlijke gevallen ontvingen van vorsten en belangrijke mecenassen. Voor zover we weten heeft Ferdinand Bol nooit zo’n ketting mogen ontvangen, maar hij kreeg wél belangrijke opdrachten. Bol presenteert zichzelf hier als de schilder van de stad en de Admiraliteit, én als onderdeel van hun netwerken. Dat doet hij door zijn vrouw naast zich te plaatsen. Zij is dan weer – ook heel passend – afgebeeld in contemporaine kleding. Haar tipmuts, versierd met parels, de lage halslijn van haar jurk – heel hip in 1653 – en de bijpassende sieraden laten zien dat ze een statusrijke vrouw was. Indirect verwijzen ze naar de aanzienlijke netwerken waartoe ze behoorde. Samen vormen ze dan ook een veelbelovend paar: hij als schilder en zij als telg van het Dell-Spiegel-elitenetwerk.

Deze huwelijksportretten illustreren precies de onzichtbare rol die Elisabeth Dell in de loopbaan van Ferdinand Bol speelde. Ze verhief zijn status, stond hem toe maatschappelijk een sprong te maken, en bracht een elitenetwerk aan klanten, en dus opdrachten, met zich mee. Het legde Ferdinand Bol allemaal geen windeieren. Elisabeth overleed in 1660 en zou niet meemaken dat hun enige kind dat volwassenheid bereikte (Elisabeth beviel van drie kinderen) Rechten zou gaan studeren in Utrecht, een beroepskeuze die hij waarschijnlijk had afgekeken van zijn moeders broer, die advocaat was. Elisabeths zoon Elbert had een kapitaal pand laten bouwen aan de Keizersgracht en zou rijk sterven. De portretten in het Rijksmuseum, die van zijn vader en moeder, hingen bij hem thuis aan de muur.

In 1669 hertrouwde Bol met een – geloof het of niet – nóg rijkere vrouw: de weduwe Anna van Erckel (1624-1680). Bol zit er dan zo warmpjes bij dat hij kan gaan rentenieren en niet meer hoeft te werken. Misschien ‘kon’ het ergens zelfs niet echt meer. Hij hield hoe dan ook op met schilderen. Bol heeft op onnavolgbare wijze gebruik weten te maken van de kansen voor opwaartse sociale mobiliteit in de samenleving van toen. In 1674 werd hij van alle Amsterdamse schilders het hoogst aangeslagen in de vermogensbelasting en woonde hij op stand aan de Keizersgracht. De vrouwen in zijn leven hebben dus een doorslaggevende rol in zijn professionele, sociale en financiële succes gespeeld. Toch wordt in de literatuur alleen het zelfportret van Bol uitgebreid besproken, maar wordt bij de bespreking van het portret van Elisabeth Dell alleen de identificatie en haar afkomst vermeldt. Waarom Bol haar heeft geschilderd en waarom op deze manier is onopgemerkt gebleven. Dat is zonde, want juist haar aanwezigheid als pendant en de manier waarop Bol haar presenteert, vertellen een bijzonder verhaal. Hun kleding, lichaamshoudingen, en handelingen passen immers perfect bij wat Bol van zijn huwelijk met Elisabeth Dell verwachtte: haar status en contacten zouden hem als schilder indirect eeuwige roem opleveren. En zo geschiedde!

Judith Noorman is als kunsthistorica verbonden aan de Faculteit der Geesteswetenschappen van de Universiteit van Amsterdam

Historici.nl
Het KNHG is de grootste organisatie van professionele historici in Nederland. Het biedt een platform aan de ruim 1100 leden en aan de historische gemeenschap als geheel. Word lid van het KNHG.
Historici.nl
Het Huygens Instituut beoogt de Nederlandse geschiedenis en cultuur inclusiever maken. Het ontsluit historische bronnen en literaire teksten en ontwikkelt innovatieve methoden, tools en duurzame digitale infrastructuur.