AIDS uit het CIA Laboratorium
Door Jelle van Buuren
Is het coronavirus een hoax, niet bestaand, alleen bedacht om vrijheden van de bevolking in te kunnen perken of vaccinaties verplicht te stellen? Of is het een geheim biologisch wapen, gefabriceerd in een Chinees laboratorium? Wie een avondje op de sociale media verpoost krijgt een menu van verschillende complottheorieën voorgeschoteld rond het coronavirus. Nieuw is dat echter niet. Virussen lenen zich bij uitstek voor complottheorieën en informatiemanipulatie, zo laat de geschiedenis zien.
In 1986 verscheen een pamflet geschreven door de gepensioneerde Oost-Duitse biofysicus Professor Jakob Segal, getiteld ‘AIDS – its nature and origin’. In het pamflet werd gesteld dat AIDS niet uit Afrika stamde, zoals op dat moment werd gedacht, maar gefabriceerd was in een biologisch defensielaboratorium in de Verenigde Staten. AIDS zou ontworpen zijn als een biologisch wapen dat alleen de zwarte bevolking zou raken – niet alleen in de Verenigde Staten, maar ook in Afrika, met als strategisch doel het decimeren van de bevolking.
De studie van Segal werd op veel plekken gepubliceerd en de kernboodschap werd keer op keer herhaald. En dat bleef niet zonder consequenties. In 2005 bleek uit een onderzoek dat bijna 50% van de Afro-Amerikanen geloofde dat AIDS door mensen was gefabriceerd; meer dan een kwart was ervan overtuigd dat het in een overheidslaboratorium was geproduceerd; 12% meende dat de CIA de kwade genius was en 15% geloofde dat AIDS feitelijk een vorm van genocide op de zwarte bevolking was.
Er was echter één probleem: de studie van Segal was ontsproten uit de koker van de Russische inlichtingendiensten en bedoeld als propaganda om de Verenigde Staten in een kwaad daglicht te stellen en te destabiliseren (1). Via een uitgekiende publicatiestrategie slaagden de Sovjets erin de boodschap over de wereld te verspreiden en door te laten dringen in de publieke opinie. Eind 1987 was het verhaal in de media in meer dan tachtig landen verschenen, in zo’n tweehonderd verschillende periodieken en in 25 verschillende talen. Herhaling is immers een belangrijke voorwaarde om desinformatie in de publieke opinie te laten nestelen.
Daarnaast verschenen er tal van variaties op het thema, ook ingestoken door Russische inlichtingendiensten. Zo verschenen in het begin van 1988 verhalen in de Nigeriaanse pers waarin werd gesteld dat AIDS was ontstaan door rijke Amerikanen die een vervuild poliovaccin op de arme zwarte bevolking hadden getest.
Was dit succes nu alleen het gevolg van die uitgekiende strategie? Nee. Onder de zwarte bevolking in de Verenigde Staten bestond al veel wantrouwen tegen de autoriteiten, als gevolg van een lange geschiedenis van onderdrukking en discriminatie. Ook onder homoseksuelen, gediscrimineerd en gemarginaliseerd, was het vertrouwen in de autoriteiten laag. En over het virus was nog steeds heel weinig bekend, terwijl wel duidelijk was dat het disproportioneel veel slachtoffers maakte onder de zwarte en homoseksuele gemeenschappen.
Bovendien experimenteerde het Amerikaanse leger in die jaren met biologische wapens, inclusief biologische wapens die alleen een bepaalde etniciteit zouden treffen. En er waren voorbeelden bekend van medische experimenten op de zwarte bevolking, zoals het Tuskegee-experiment uit 1932. Honderden Afro-Amerikanen kregen (zonder dat ze het wisten) geen behandeling tegen syfilis opdat artsen het natuurlijke verloop van de ziekte konden observeren (2). De complottheorie over AIDS viel begrijpelijkerwijs op vruchtbare bodem; het bood als alternatief kennissysteem een verklaring voor de gemarginaliseerde positie van de zwarte bevolking en richtte de aandacht op institutioneel racisme.
Het voorbeeld laat zien wat de onderliggende mechanismen zijn bij complottheorieën. Soms worden ze doelbewust verspreid door actoren met een politieke agenda, meestal gericht op destabilisatie en het vergroten van wantrouwen en tegenstellingen; maar voor degenen die er geloof aan hechten, gelden doorgaans andere motieven. Er wordt ingespeeld op angsten en onzekerheid en onderliggend wantrouwen tegen het systeem. De complottheorie maakt een verwarrende, bedreigende en als onrechtvaardig ervaren situatie weer overzichtelijk, door een duidelijke zondebok aan te wijzen en vriend en vijand te benoemen.
De complottheorie bevat doorgaans een mengeling van feit en fictie, doorspekt met verwijzingen naar waar gebeurde historische schandalen en ingebed in reëel aanwezige tegenstellingen en achterstellingen. Het biedt op die manier mensen hoop en kan ook een emancipatoire kracht krijgen: de ontwikkeling van een gedeelde, positieve identiteit, het idee gezamenlijk te staan voor waarheidsvinding en een toekomst zonder manipulatie, onderdrukking en uitbuiting.
(1) Thomas Boghardt (2009) ‘Operation INFEKTION: Soviet Bloc Intelligence and Its AIDS Disinformation Campaign’, Studies in Intelligence, Vol. 53, No. 4, pp. 1-24.
(2) https://www.history.com/news/the-infamous-40-year-tuskegee-study
Jelle van Buuren is universitair docent aan de Universiteit Leiden – Institute of Security and Global Affairs. In zijn huidige onderzoek gaat hij in op de vraag welke rol complotdenken speelt in processen van delegitimisering.